Even stoppen met strijden

We hebben het gehaald. Het zit erop. We kunnen de zomer in. Eindelijk rust. Hopelijk meer zon en minder regen. Ons opladen voor een nieuw seizoen. Maar voordat het zover is, wil ik nog wat zeggen. We werken in een prachtig decor. In een arena die al eeuwenlang het toneel is van visionaire besluiten én moeizame compromissen. Van problemen en oplossingen en nieuwe problemen. Van tegenstellingen, van conflicten, van ideeënstrijd. Over dat laatste, de ideeënstrijd heb ik trouwens slecht nieuws.

Waardenloos

De politicoloog Tom van der Meer (UvA) schreef onlangs een boek onder de titel ‘Waardenloze politiek: Hoe de Nederlandse politiek de kunst van het conflict verloor’. Hij beschrijft de teloorgang van de ideeënstrijd in de Nederlandse politiek. Hoe die in de afgelopen decennia veranderde in een gevecht tussen de oppermachtige technocratie en kansloos verzet daartegen. Van der Meer vindt dat politiek weer meer een strijd tussen ideeën moet worden.

Ik weet nog niet of dat de kern van het probleem is. Maar ik denk wel dat er veel te winnen is als Nederlandse politici meer hun ideeën in de strijd gooien. Die strijd is oer-democratisch en is aangenamer om naar te kijken dan persoonlijke aanvallen en korte filmpjes voor gebruik in de eigen bubbel: hoe het ene kamerlid het andere kamerlid ‘sloopt’. Alsof de politiek daarvoor is bedoeld.

Ik ben er trots op dat de Staten van Groningen zich niet door dat negativisme op sleeptouw laten nemen. En dat we het debat met zijn allen in de vingers beginnen te krijgen. Hoe we op een prettige manier van mening kunnen verschillen. En hoe we in veel gevallen (in die veel te lange schorsingen) een overeenstemming kunnen bereiken waar iedereen door wint.

  • Waardenloze politiek, Hoe de Nederlandse politiek de kunst van het conflict verloor, op singeluitgeverijen.nl

Hete vuren

Het viel vorige week meerdere Statenleden op. En het mooie was, dat ze het ook benoemden. Dat we bij de Algemene Beschouwingen allemaal kleur bekenden, met inzet onze ambities verwoordden. En dat we daar een goed debat over voerden. Ik vind het plezierig om zulke vergaderingen voor te zitten. En ik kan me voorstellen, dat het voor Statenleden ook plezierig is.

Als je dan toch veel tijd met elkaar doorbrengt om werk te maken van je idealen en om het beste voor de inwoners van Groningen voor elkaar te krijgen, dan is er niets op tegen om collegiale verhoudingen te hebben. Om plezier te hebben met elkaar. Tijdens de ideeënstrijd.

Deze zaal kan wel een stootje hebben. De muren hebben voor hetere vuren gestaan. Ik heb voor alle Statenleden – en voor de medewerkers van de griffie – een geschiedkundig stripboek over een van de zwaarste perioden uit de geschiedenis van Groningen. Een moment dat de strijd niet meer over ideeën ging. En de Staten van Groningen plotseling ongekend eendrachtig werden. Vakantielectuur, zodat we het allemaal weer weten, aan het eind van de vakantie, op 28 augustus.

Liefhebberij

Te midden van alle strijd is één ding goed om te onthouden. De liefhebberij. Statenleden zijn geen beroepspolitici. Het zijn liefhebbers. Van hun dorp of stad. Van onze provincie. En ongetwijfeld ook van het politieke bedrijf. Ze doen het ‘er naast’. Waarnaast? Naast de rest van hun leven. Hun werk. Hun gezin. Een ziek familielid. Of vrijwilligerswerk voor de school van je kinderen, de kerk of de voetbalvereniging. Verbazend dat mensen voor al die dingen tijd weten te vinden.

Soms is dat ook doodgewoon niet zo. Dan loopt de liefhebberij uit de hand. Je betrapt je zelf soms op het gedrag dat je wel eens op de middelbare school had: bij Frans deed je stiekem je huiswerk voor Wiskunde. Bij Engels las je de hoofdstukken Economie of Geschiedenis nog even door. Dikke stress natuurlijk. En af en toe ook strijd. Te laat begonnen. In gevecht met de tijd.

Werkdruk

Want ja: je moet niet alleen de stukken lezen. Of overleggen met de fractie. Maar je wil ook nog horen wat mensen buiten de muren van ons provinciehuis ervan vinden. Voor hen doen we het tenslotte. Ga er maar aan staan.

De druk op volksvertegenwoordigers is groot. Het aantal gemeenteraadsleden bijvoorbeeld, dat binnen twee jaar stopt, ligt op 11 procent. Driekwart van hen noemt de hoge werkdruk als belangrijkste reden.

Bij Statenleden ligt dat waarschijnlijk niet anders. We kennen allemaal wel voorbeelden om ons heen, van mensen die tijdelijk uitvallen. Is het niet op het werk, dan wel door de combinatie van werk, privé en het volksvertegenwoordiger zijn. Daarom is het goed dat we nu even stoppen. De iPad aan de kant leggen en de accu helemaal leeg te laten lopen. Stoppen met vergaderen. Stoppen zelfs met de ideeënstrijd.

Dat we, zoals C.O. Jellema, ooit aanraadde: onze gedachten even dichtdoen. En de lamp in ons hoofd even uit. Het gedicht is te lezen in de stenen trap naar het kerkhof van de fantastische Petruskerk in Leens. Want Jellema woonde in Leens.

  • Een op de tien raadsleden stopt vroegtijdig, een kwart door werkdruk, op nos.nl
  • C.O. Jellema, op wikipedia.og

Het gedicht waarin deze tips voorkomen, gaat zo:

Zomernacht

Doe nu eens even die gedachten dicht van je. 
Denk nu eens beter niet na over morgen. 
Kijk niet steeds weer die bosrand van gisteren
na, bramenplukker die je bent zoals vroeger
maar nu. Maak even geen onderscheid tussen 
een wie en hoezo en de kans op anders.

Doe in je hoofd uit de lamp, hoor wat er is,
ademt en ritselt, kwaakt in de kikkers.
Leef met je lichaam van nachtwind de koelte.
Geeuw je een gat in het hart en proef
het zo rood als sap van bramen, wees langzaam
Door vogels gezongen het wordende licht. 

Ik wens u een fijne zomervakantie.