Stijl
Kees bracht niet alleen mensen samen, maar hij had ook een heel eigen stijl. Zijn proza was net zo uniek als hijzelf. We hebben talloze uren besteed aan overleggen en lezen van zijn kleurrijke adviezen. En - het moet gezegd - we hebben ze meestal gevolgd. We konden er als bestuur op vertrouwen dat Kees streng maar rechtvaardig was. Als Kees 'ja' zei, dan wist je dat hij het meende, en als hij 'nee' zei, kon je er donder op zeggen dat hij dat ook meende.
En dat schreef hij dan op in de adviezen, waarin hij altijd respectvol, soms een tikje ironisch, ons als bestuur adviseerde wat we met bepaalde aanvragen het beste konden doen. Kees beschikte over een grote kennis van beslissingen uit het verleden. En hoewel er bij de fondsen niet zoiets bestaat als precedentwerking (daarvoor moet je bij de overheid zijn) was er wel degelijk een herkenbare lijn in de bestuursbesluiten van de fondsen. Een lijn die Kees gedurende vele jaren ontwikkelde.
bezoekers van de stationshal die dankbaar omhoog kijken naar het Scholtenfonds.
Soms kon je merken dat iets een warm plekje in zijn hart had. De restauratie van het prachtige stationsplafond in ons 'hoofdstation' was een hoogtepunt en het Scholtenfonds had er een hoofdrol in. Je ziet ook regelmatig bezoekers van de stationshal die dankbaar omhoog kijken naar het Scholtenfonds.
Hij koesterde ook zijn relatie met de boeren die een boerderij van het Scholtenfonds pachten. Met groot plezier laadde Kees ons jaarlijks in een bus voor het 'boerderijenbezoek', steevast afgesloten met een vergaderlunch in Zuidhorn.
Fondsenoverleg
Wij kennen Kees als ónze secretaris. Maar Kees heeft in de tijd dat hij secretaris was van het Scholten- en Kammingafonds, de kunst van het samenbrengen geperfectioneerd. En iedereen weet het: samen kunnen we meer.
Onder zijn leiding kwamen vertegenwoordigers van de Groningse fondsen maandelijks bijeen. Ze deelden niet alleen ervaringen en best practices, maar we bekwaamden zich samen in de kunst van het doorvragen.
Sommigen waren nerveus, anderen zagen het als een auditie.
Dat was nodig. Aanvragers kwamen in allerlei vormen. Het fondsenoverleg was drempelverlagend bedoeld, maar zo pakte het niet altijd uit. Sommigen waren nerveus, anderen zagen het als een auditie. Eén keer was er zelfs een aanvrager die dacht dat hij een bezoek bracht aan de Lion's Den. Het is duidelijk dat fondsen niet altijd door iedereen als toegankelijk worden ervaren.
Betrouwbare bronnen vertellen dat ooit drie dames een project presenteerden waarin ze de hoofdrol zouden zingen. Kees, altijd recht voor zijn raap, vroeg: "Zijn jullie goed? Zing eens een stukje!" De dames verlieten de ruimte, en toen ze terugkwamen, deden ze dat zingend. Het resultaat? Het kon niet missen: de subsidie was binnen. Zo schrijf je geschiedenis.
Onvervangbaar
En zo werd het augustus 2020. En ineens was er het moment dat bij ons diepe indruk maakte. De politie stond voor de deur en het zag er even beroerd uit. Kees was in zorgelijke toestand in het ziekenhuis terechtgekomen. We maakten ons op om een onvervangbare man met bloedspoed te vervangen.
Gelukkig eindigde het met een opluchting. We kregen een mail van Kees: ‘ik ben er weer, vervanging niet meer nodig’. Ook toen ik doorvroeg, stuitte ik op een resolute Kees. Het idee van zijn vervanging leek hem (vrij naar Mark Twain) sterk overdreven.
Onvervangbaar dus. Maar ook een beetje loslaatpijn. Tegelijk zette het incident ook het denken in gang over de toekomst.
Kees closed?
Kees was een betrokken, plezierige overlegpartner met een geruststellende hoeveelheid kennis, of het nou ging om concerten, boeken, dorpshuizen of molens. Hij was zo aan ons verknocht – of liever: aan de betekenis van de fondsen voor de Groninger cultuur – dat het hem zichtbaar zwaar viel om zijn werk los te laten.
Het werd een project op zichzelf. Hij dacht na over de toekomstige structuur. Hij vond uiteraard zelf een opvolger. Zoals hij ook zelf een deel van het fondsenoverleg overbodig heeft gemaakt: het Fonds voor de Landbouw is toevertrouwd aan het bestuur van het Scholten- Kammingafonds.
‘Klaar is Kees’ is een oude uitdrukking. De gezaghebbende website 'Wie weet waar Willem Wever woont?' vermeldt dat al in 1805 Willem Bilderdijk de uitdrukking al in een gedicht gebruikte. En dat het woord 'kees' op de Veluwe een aanduiding is voor een mannetjesvarken (in de rest van Nederland 'beer'). 'Klaar is kees', is daar de aankondiging van nieuwe biggetjes.
Want Kees gum je niet zomaar uit.
De taalgeleerden discussiëren bij Onze Taal nog een beetje of het woord ‘kees’ misschien een ‘dialectwoord’ voor kaas is. Dat zou in Groningen goed kunnen, want daar heb je ook geen lidwoord nodig voor ‘kees’. Maar uiteindelijk kiezen ze voor de betere verklaring: Kees is gewoon een persoonsnaam. En de uitdrukking betekent dat het af is. En eigenlijk niet eens zo heel moeilijk was. De klus is geklaard. Klaar is Kees!
Het ziet er naar uit dat Kees bij ons klaar is. Maar daarmee is het nog lang geen ‘Kees closed’. Want Kees gum je niet zomaar uit. Niet alleen als secretaris van het fonds, maar als die aimabele, soms knorrige, maar altijd inspirerende persoon die ons op weg heeft geholpen en aangemoedigd in ons werk. Zijn impact op de Groningse fondsen en onze gemeenschap blijft nog wel even hangen.
Dank je wel, Kees, voor al je toewijding en inzet. Je bent niet vervangen. Alleen je werk is in andere handen overgegaan. En we zullen je missen. We beloven dat we zullen blijven zingen - figuurlijk dan - om je geest levend te houden in alles wat we doen. We drinken een glas op wat het was en wat het wordt.
Op Kees!