'Paasrapport' juni, Nij begun

Hoe moet het verder met Groningen? Het antwoord op die vraag geven wij niet alleen. In juni was de hoofdrol voor de Tweede Kamer. In het debat over het antwoord van het kabinet op het rapport van de parlementaire enquetecommissie gaswinning. Op 6 en 7 mei vond het plaats. Veel van de tijd die de Kamer besteedde aan het debat, ging over de positie van de premier. Begrijpelijk, want dat is een groot politiek onderwerp. Maar ik was niet de enige op de bomvolle tribune die zich afvroeg of de betekenis van het rapport voor de inwoners van onze provincie wel voldoende aan bod zou komen. Het gebeurde, maar in relatief korte tijd.

De week erna stemde de Tweede Kamer over de ingediende moties. En ook nu het stof is opgetrokken, is duidelijk dat er nog veel uitgewerkt moet worden. De 50 maatregelen die het kabinet aankondigt in 'Nij begun' zijn inderdaad nog aankondigingen. Als je positief kijkt: het begin is er. Het hoe en wat: dat volgt vanaf nu. Opnieuw gesprekken, waarin we proberen het beste voor de inwoners van onze provincie te bereiken. 

Want de weg naar de hel is geplaveid met goede voornemens.

Hoe moet het verder met Groningen? Daarover bogen zich ook vier politieke partijen die na de verkiezingen met elkaar gingen onderhandelen om te komen tot de vorming van een nieuw college. Ze spraken drie maanden met elkaar. En ook zij (BBB, ChristenUnie, PvdA en Groninger Belang) kozen afspraken op hoofdlijnen, die de komende tijd uitgewerkt moeten worden. Ze presenteerden een 'hoofdlijnenakkoord' onder de mooie titel 'Veur mekoar'.

Juni was dus de maand van de Groningse titels. En van de aangekondigde evaluaties. Want waar het kabinet en Groningen straks elk jaar kijken wat er terechtkomt van de voornemens om de positie van inwoners in Groningen gelijk te krijgen aan die van de inwoners in de rest van Nederland, daar wil het nieuwe college van Gedeputeerde Staten na twee jaar gaan evalueren met Provinciale Staten.

Een goed voornemen. Want de weg naar de hel is geplaveid met goede voornemens. Aan plannen en ambities hoe het verder moet met Groningen is nooit gebrek. Maar zoals altijd komt het aan op de uitvoering. Met andere woorden: de mouwen opstropen en hard aan het werk.