Vanavond ben ik op een feest voor een honderdjarige. De presentator kondigt aan dat het feest begint na de sprekers. Ik ben de laatste. Dus ik sta tussen de gasten en het feest in. En ik kan zien dat de dochters van directeur Karst Wouda, in hun mooiste kleren op de voorste rij, het nauwelijks meer trekken. Straks kunnen we dansen. Maar eerst spreekt er nog een meneer. Ik voel me een beetje een partycrasher, die de feestvreugde komt verstoren met een toespraak. Had die man niet gewoon een kaartje kunnen sturen?
Nee, vandaag niet. Ik feliciteer iedereen in de zaal met honderd jaar Zwartwoud. Zonder ambtsketen. En de bloemen moeten ze ook maar afwachten. Tóch hoop ik het eeuwfeest extra glans te geven.
- Op 6 oktober 2024 bestaat Zwartwoud 100 jaar, op zwartwoud.nl
Bier en chips op de bank
Want dat heeft Zwartwoud dik verdiend. Honderd jaar worden: het gaat niet vanzelf. Niet bij mensen, en niet bij bedrijven. Als mens moet je geluk hebben met je genen. Mijn ervaring met honderdjarige bedrijven in onze provincie is dat het boerencoöperaties zijn - of familiebedrijven. Net als Zwartwoud. Bij familiebedrijven zit het ondernemen in het bloed. Het is een manier van leven. Een gedrevenheid die vaak van generatie op generatie overgaat. Ludo Zwartenkot en Ellen Vermeire-Van der Woude vertellen hoe het is om op te groeien met en zelfs in een bedrijf. Hoe je van jongs af aan Zwartwoud-bloed krijgt, net als de mensen die soms al tientallen jaren voor hetzelfde bedrijf werken.
Honderd jaar worden, is - net als bij mensen - ook een kwestie van mazzel hebben. Ondernemen is risico nemen. Je kunt dus pech hebben. En je hebt geluk als de risico's nooit hebben geleid tot problemen die te groot waren voor het bedrijf.
dat de concurrentie in haar leeftijdscategorie, de honderd- tot honderdvierjarigen, een beetje tegenviel
Maar honderd jaar worden is ook een kwestie van werken aan je gezondheid. Wie de hele dag met bier en chips op de bank zit, heeft minder kans gezond oud te worden dan wie regelmatig broccoli eet en een rondje rent.
De Volkskrant interviewt elke maandag een honderdjarige. Recent was dat een mevrouw die net terugkwam van een sporttoernooi voor senioren. Ze had laatst nog drie wereldrecords zwemmen verbroken, vertelde ze trots. Alhoewel ze moest erkennen dat de concurrentie in haar leeftijdscategorie, de honderd- tot honderdvierjarigen, een beetje tegenviel.
Trends
Maar elke keer weer blijkt uit die Volkskrant-interviews dat het om honderd jaar te worden helpt als je blijft bewegen. Als je veerkrachtig en flexibel bent. Als je verandering en vernieuwing niet ziet als bedreiging, maar als kans. Directeur Karst Wouda citeert met instemming Charles Darwin: survival of the fittest: niet de sterkste soorten overleven, maar de soorten die zich het beste weten aan te passen.
Dat is bij bedrijven precies zo. Zwartwoud is daar een mooi voorbeeld van. Het kenmerkt het bedrijf vanaf het begin: beweging, vernieuwing en kansen verzilveren. Oprichters Zwartenkot en Van der Woude zagen mogelijkheden om het bakkersbedrijf te professionaliseren. Met kneedmachines, en een grotere oven met meerdere baklagen. Een revolutie in de bakkerswereld. Maar veel bakkers verdwenen. En met de komst van grote broodfabrieken moest de koers worden verlegd. Het bedrijf ging zich specialiseren in zaken als plaatstalen producten, en later rolcontainers en complete kantoorinrichtingen. Ik vind dat een reuzensprong als je begint met broodovens. Maar de bedrijfsleiding zag kansen en wist ze te benutten. Aanpassen: je moet het ook maar kunnen.
Toen banken zich wilden beschermen tegen overvallers, kwam Zwartwoud met kogelwerende balies. Toen de Arbowet andere eisen stelde aan kantoormeubels, kwam Zwartwoud met verstelbare bureaus. En toen het verboden werd om te roken op de werkvloer, kwam Zwartwoud met de ‘smokestop’, een soort bushokje met een afzuigkap.
Vernieuwing en vakmanschap
Rond 2006 werden duurzaamheid en hergebruik van grondstoffen steeds belangrijker. Voor Zwartwoud de reden om circulaire interieurs aan te bieden. Keukenblokken van rozenblaadjes van de Floriade. Aanrechtbladen van gerecyclede bakstenen...
Daarmee zijn we ver verwijderd van de bakkerijen. Steeds opnieuw bleek Zwartwoud de flexibiliteit én de expertise in huis hebben om al die verschillende producten op een kwalitatief hoogwaardige manier te maken. Vernieuwing en vakmanschap. Op de website staat het sjieker: ‘Door innovatie gekoppeld aan ambacht’.
het mag niet van onze moeders, maar we doen het graag!
Dat kan ik alleen maar beamen. Zwartwoud wil dé circulaire interieurexpert zijn in 2030. Met grote, toonaangevende klanten binnen en buiten de regio is het bedrijf een aardig eind op weg. Ik ben er trots op om zo’n bedrijf in onze provincie te hebben. Want bloeiende, duurzame bedrijven dragen bij aan een welvarende en gezonde regio. En ze zijn de bedrijven die de verhalen maken waarover wij 'snakken'. Opscheppen: het mag niet van onze moeders, maar we doen het graag!
Bovendien zet Zwartwoud zich ook op andere manieren in voor de samenleving. Bijvoorbeeld door mee te doen aan het Koploperbos in Groningen, dat bedrijven wil stimuleren om duurzaam te ondernemen. Door sporters te sponsoren. Of door als erkend leerbedrijf jonge mensen via een stage of leerbaan kansen te bieden op een goede toekomst. Dat de eigen directeur hier als stagiair begon, is natuurlijk een aanbeveling. Practice what you preach!
Royaal gebaar
Er is reden genoeg voor een feest. Ik ben hier graag naartoe gekomen om iedereen te complimenteren met die honderd jaar vol prachtige prestaties. Geen ambtsketen. Maar toch ben ik niet met lege handen gekomen. Ik mag vandaag zelfs een ‘royaal’ gebaar maken. Want Koning Willem-Alexander heeft Zwartwoud, naar aanleiding van zijn honderdste verjaardag, het Predicaat Hofleverancier toegekend. Namens de koning mag ik Karst Wouda de bijbehorende oorkonde uitreiken. Ik feliciteer alle aanwezigen, huidige en vroegere werknemers hiermee van harte.
Want het Predicaat Hofleverancier krijg je niet zomaar. Je moet minstens honderd jaar bestaan. Je moet een vooraanstaande positie in de regio innemen. Je bedrijf dient financieel gezond te zijn. En van onberispelijk gedrag, net als de bestuurders. Het hele bedrijf wordt binnenstebuiten gekeerd, waarbij talloze mensen en organisaties meekijken. Een zware procedure, die ongeveer een jaar in beslag neemt.
niet perse dat Paleis Noordeinde binnenkort een circulair maatwerkinterieur bij Zwartwoud bestelt
Zwartwoud heeft dat alles glansrijk doorstaan. Daar mogen jullie met elkaar trots op zijn. Want een gezonde onderneming maak je samen. Als directie én werknemers. Door open, optimistisch en wendbaar te zijn, zoals Zwartwoud dat voor zichzelf als kernwaarde benoemt. Door hard te werken. Door slim en creatief in te spelen op wat de maatschappij vraagt. Van kneedmachines tot herbruikbare meubels.
Tot slot.
Hofleverancier zijn betekent niet perse dat Paleis Noordeinde binnenkort een circulair maatwerkinterieur bij Zwartwoud bestelt. Alhoewel men daar misschien voor openstaat, want het werkpaleis van de koning is het eerste rijksmonument van de staat met zonnepanelen op het dak.
Nee, het predicaat erkent vooral dat Zwartwoud een heel bijzonder bedrijf is. Dat wisten alle betrokkenen natuurlijk al lang. Maar als de koning het zegt, geeft dat toch nét wat extra glans. Het wapenschild wordt onthuld. De champagnekurken knallen. De stoelen worden opgeruimd. Het feest kan beginnen. Zwartwoud draagt het Predicaat met trots. En begint vandaag aan de volgende honderd jaar.