Limburg verlicht

In zekere zin, zo kan ik me voorstellen, is het symposium 'Op weg naar een beter Limburg', het afscheidssymposium van Theo Bovens, een mooie omkering. Mooi, om als middelpunt van de belangstelling, iedereen uit de Randstad de hand te schudden en te vragen: ‘zo, helemaal uit Den Haag? Ik hoop niet dat dit uw enige afspraak is?’ (Voor mij vandaag wel. Deze bijeenkomst is mijn enige afspraak hier.)

In zekere zin, zo kan ik me voorstellen, is het symposium 'Op weg naar een beter Limburg', het afscheidssymposium van Theo Bovens, een mooie omkering. Mooi, om als middelpunt van de belangstelling, iedereen uit de Randstad de hand te schudden en te vragen: ‘zo, helemaal uit Den Haag? Ik hoop niet dat dit uw enige afspraak is?’ (Voor mij vandaag wel. Deze bijeenkomst is mijn enige afspraak hier.)

Want wat Limburgers en Groningers met elkaar gemeen hebben, is de reputatie van uithoek. Het misverstand dat in ons kleine land iets ‘ver’ kan zijn. Terwijl het ons zelf weinig moeite kost om de afstand tot de Randstad te overbruggen. Dat is op zichzelf al een goed voorteken voor het waarnemend burgemeesterschap van Theo in Enschede! De aanwezigen in de zaal zijn ingewijden. Zij weten dat de Koning burgemeesters benoemt. Maar waarnemend burgemeesters worden benoemd door de commissaris van de Koning. Alle lof dus voor mijn Overijsselse collega Andries Heidema voor de voortreffelijke match tussen de grote bestuurlijke kwaliteiten van Theo en de behoefte aan een bestuurlijke zwaargewicht in Enschede. Theo is overigens niet alleen een bestuurlijke zwaargewicht. Hij is ook gewend aan de randen van het land. En alleen al de Vlaamse en Duitse sprekers op dit symposium maken duidelijk dat Theo betekenisvolle contacten onderhoudt met collega’s aan de andere kant van de grens.

Ver terug

Ik vond het iconische beelden. De nieuwjaarstoespraak van Theo Bovens, buiten voor het Gouvernement. Met achter zich de verlichte tekst: 'Limburg verlicht'. En ook na alles wat er gebeurd is, zijn deze twee woorden een passende markering voor dit symposium. Limburg verlicht.

Namens de Kring van Commissarissen van de Koning mag ik kort iets zeggen op het symposium. Als collega-commissaris. Maar onze gemeenschappelijke geschiedenis gaat veel verder terug. Ik kan me onze eerste ontmoeting eerlijk gezegd niet meer herinneren. Maar ik was vast nog geen twintig. En Theo werkte op het CDJA-bureau. Dus hij wist de weg. Hij lichtte me vriendelijk bij. We werden tegelijk wethouder in de mooiste provinciehoofdsteden van Nederland. En we kwamen elkaar later weer tegen in de SER. Theo natuurlijk sjiek als Kroonlid. En ik als vertegenwoordiger van de christelijke arbeiders. En steeds opnieuw was het leuk en licht om met hem te praten over het vak. Welk vak dan ook.

Groningen en Maastricht: de afstand kan nauwelijks groter zijn. Ik maak zelden mee dat mijn chauffeur moet tanken onderweg. Maar wat overheerst is een grote gemeenschappelijkheid. Het was dus een vertrouwd gevoel om Theo opnieuw te ontmoeten in de Kring van commissarissen. Met hetzelfde fijnzinnige gevoel voor sociale verhoudingen. Zijn verstandige vriendelijkheid. Zijn loepzuivere gevoel voor wat er werkelijk toe doet en wat ruis is. En zijn rustige, verbindende manier van optreden. Limburgs verlicht...

Gouverneur

Er zijn wel grenzen aan onze gemeenschappelijkheid natuurlijk. Want als ons als collega’s iets duidelijk is geworden in de Kring, dan is het dat Limburg eigenlijk geen provincie is. Het is een wereld op zich.

En dat wij in de Kring weliswaar allemaal commissaris van de Koning zijn. Maar dat dat natuurlijk niet hetzelfde is als gouverneur. Gouverneur in Limburg: het is de vraag of gewone commissarissen dat kunnen doorgronden. Het heeft vast iets met joy de vivre te maken. Met carnaval en vastelaovend. Met een diep gevoel. Met blaasmuziek en schutterijen. Met dingen die je onmogelijk onder woorden kunt brengen. Maar die er gewoon zijn. Commissaris van de Koning, dat is iets dat je kunt worden. Maar gouverneur, dat is iets dat je al bent. Het zit in je. Het is half mystiek. En ik denk dat het de vraag is of het er ooit weer uit gaat.

Als Theo iets was, dan is het gouverneur. Een gouverneur die zich binnen de Kring zelden op de voorgrond zette. Hij nam meestal niet direct het woord. De ruimte die hij innam was ogenschijnlijk bescheiden. Maar wat hij zei, maakte indruk. Theo verstond de kunst om als vierde te spreken en de discussie te laten kantelen. Dat is niet iedereen gegeven. En hij kent ontzettend veel mensen. Hij kent hun behoeften en hun drijfveren. Hij werkt effectief over de grenzen heen. En hij krijgt door zijn manier van doen daarin veel voor elkaar. Theo is een verbinder. Iemand die boven de partijen staat en daar zijn weg weet te vinden.

IPO-voorzitter

Misschien vonden we het om die reden wel een goede gedachte dat Theo voorzitter zou worden van het IPO, het Interprovinciaal Overleg. onze brancheorganisatie. Met Theo als eerste lobbyist en laatste onderhandelaar. Theo als ónze gouverneur.

We hoorden vaak dat hij dat uitmuntend deed. Al had men binnen het IPO-bestuur wel eens het idee dat hij bewust wat vaag conclusies trok aan het eind van een vergaderpunt. Zodat hij voor zichzelf nog wat manoeuvreerruimte overhield. Zoveel effectiever dan die rechtlijnige calvinisten.

En zo werkte Theo onvermoeibaar aan een beter Nederland. Een beter Limburg, het thema van dit symposium, is namelijk niet los te zien van een beter Nederland. Een Nederland dat recht doet aan alle uithoeken. Een Nederland waarin iedereen kansen heeft, ongeacht waar je wieg staat. Een Nederland dat denkt vanuit héél het land.

Interessant is in dat licht – en in het licht van de gebeurtenissen die aanleiding gaven voor Theo's aftreden – dat de Limburgse benadering van integriteit ons in de kring vaak heeft geïnspireerd. Theo had een voorsprong en was dus een voorbeeld. Wij zagen in de verte zijn achterlichtjes. We vroegen hem gretig naar zijn aanpak. De gouverneur van Limburg deed pionierswerk. En heel regelmatig vertelde Theo ons wat Limburg deed om de integriteit te bevorderen. En ik ben vast niet de enige die daarvan leerde. Dat zeiden we niet altijd, want we zijn stoer. Maar Theo lichtte ons bij.

Niet licht vergeten

Limburg verlicht. In onze 400 jaar oude GS-kamer hangt een kroonluchter met inscriptie. Het is een geschenk van de provincie Limburg. En er zit een verhaal aan vast. In de herfst van '44 stokte de opmars van de geallieerden. Noord-Limburg werd een frontline. Duizenden mensen uit de streek rond Gennep moesten vluchten. Ze kwamen bij ons terecht. In dorpjes als Leek en Tolbert hoorde je mensen zangerig praten met een naar onze maatstaven ongewoon zachte ‘G’.

De kroonluchter is een symbool van dankbaarheid. En hij doet ook wat terug. Want telkens als bij ons een ingewikkeld vraagstuk op tafel ligt, worden we bijgelicht met licht uit Limburg.

Licht uit Limburg. Dank je wel Theo, dat je dat in de afgelopen tien jaar voor je collega-commissarissen altijd ook hebt willen zijn. Gouverneur. Genereus. Geweldig. En lichtgevend. ‘Samen in het licht, samen in het leven’, zongen de mensen hier vanmiddag, We zullen je bijdrage aan ons ambt … niet licht vergeten.